Als de veerboot Schulpengat niet naar de sloop verdwijnt dan is de kans groot dat het schip in Italië gaat varen. In Italië hebben ze namelijk ervaring met Nederlandse dubbeldeksschepen. In 2003 en 2004 hebben Italiaanse rederijen maar liefst vijf Nederlandse dubbeldekkers gekocht en omgebouwd. Schepen met (oké, ze zijn drie meter langer) dezelfde afmetingen als de Schulpengat.
Een van de Nederlandse dubbeldekkers die in 2004 naar Italië vertrok is de Acciarello. Dit schip werd in 1997 gebouwd bij scheepswerf Koninklijke Schelde Groep in Vlissingen, dezelfde werf die acht jaar later de Dokter Wagemaker (2005) afleverde. Op dat moment was de Acciarello al lang en breed in Italië, erg lang heeft deze veerboot niet in Nederland gevaren vanwege de opening van de Westerscheldetunnel.
Sinds 2011 vaart de Acciarello voor rederij Blunavy naar het Toscaanse eiland Elba. De Acciarello is op de dienst Piombino-Portoferraio veruit het modernste schip, uitgerust met 4 Azimuth-thrusters. Sommige schepen van concurrerende maatschappijen zijn gebouwd in de jaren 60.
De Acciarello zag er in Nederland ongeveer hetzelfde uit als de Schulpengat. Om in Italië te kunnen varen werd het schip voorzien van een laadklep. Om ook het bovenste autodek te kunnen gebruiken werd een interne verbinding (‘ramp’ genaamd op z’n Engels) gemaakt. Een groot deel van de originele scheepseinden werd gesloopt om een ‘rotonde’ te maken. Auto’s kunnen dan op het bovenste rijdek draaien om weer naar beneden te rijden en het schip te verlaten. Mocht TESO een serieuze koper vinden voor de Schulpengat is de kans groot dat het schip op deze manier verbouwd gaat worden.
